Blog 21

 

Vandaag bekijken we het ’Poortje te Leerdam’, een grafiek (ets) uit 1924.

De maker is Waalko Jans Dingemans (1873-1925). 

 

Het afgebeelde poortje vind je schuin tegenover het Hofje van Mevrouw van Aerden. Het is een overblijfsel van het Drossaardhuis, ook wel Schoonhuis genoemd. Het huis was de woning van de drossaard: de vertegenwoordiger van de graaf van Leerdam in het graafschap. Het pand werd aan het einde van de 16e eeuw door de magistraat van Leerdam aangekocht om onderdak te geven aan

prinses Maria van Oranje, die het graafschap voor haar broer Philips Willem bestuurde.

 

Het Poortje van Leerdam heeft de beeldenstorm van de Bataafse Republiek in 1795 doorstaan. Omdat het familiewapen al zo oud was mocht het bij uitzondering blijven. ”Dat dit echter niet toepasselyk is op Tombes Gedenkstukken van kunst of diergelyke monumenten waar door men de

nagedagtenis van Vaderlandsche Staatsmannen Helden Geleerden of Kunstenaars ’t eeniger plaatse heeft willen vereeren en vereeuwigen.”

 

Deze spreuk van Willem de Zwijger redde het Poortje.  De familiewapens van het Hofje aangebracht in 1772 moesten er in 1795 weer af. De leus was Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap, ook in de Republiek der Nederlanden met zijn maatschappij van gegoede burgers en bijna geen adel. Pas na de Franse tijd (1801-1813) werden de weggeschilderde familiewapens van de eerste vrouwelijke Regenten in de Binnentuin weer opgeschilderd. De familiewapens van de eerste mannelijke Regenten en de Stichteres bij de ingang aan de Kerkstraat werden pas in 1976 weer in hun luister hersteld. Zo lang heeft de Franse tijd dus invloed gehad op het  Hofje. 

 

Het Poortje van Leerdam dateert uit de 16e eeuw. Het stond eerst bij een ander huis. Later is het verplaatst naar de Kerkstraat naast het Drossaardhuis ook uit de 16e eeuw, nu de HEMA. Het Drossaardhuis is helaas afgebroken midden 19e eeuw. Het wapen is van de familie Van der Lucht. Een familie die vroeger ook baljuws en drosten leverde. Het schild is zilverkleurig ofwel wit. De dubbele middenbalk is blauw goud(geel) om en om geblokt. Voorts staan er drie rode rozen op. Aan weerszijden staan twee Hermen, mannen met een onderlijf van een pilaar. Aan weerszijden van het schild staan een Wildeman en een Wildevrouw met knotsen. De schildhouder met helm is een Faun met bokkepoten.  God kijkt toe vanuit de Hemel. De spreuk: "Wie God wil Vrijheyt en is om Gheen Gheld te Coop" is van Willem van Oranje, de Vader des Vaderlands. 

 

Nu wat meer over de maker van de ets: Waalko Jans Dingemans. Hij werd geboren in Lochem op 16 juni 1873 en overleed in Haarlem op 9 oktober 1925. Dingemans was een Nederlands etser, graficus, schilder en tekenaar. Hij signeerde zijn werk als W.J. Dingemans en Waalko Dingemans sr. Dingemans werd geboren als zoon van de arts Coenraad Johannes Dingemans en

Margaretha Froukea Roelofsma. Na het overlijden van zijn vader verhuisde hij met zijn moeder naar Groningen, waar hij werd opgeleid aan de Academie Minerva. In 1892 verhuisden ze naar Den Haag. Dingemans vervolgde zijn kunstzinnige opleiding aan de Academie van Beeldende Kunsten en werd in de avonduren opgeleid tot belastingontvanger.

Als belastingontvanger werkte hij in Den Haag, Nieuwkoop (1904) en Gorinchem (1911). Hij raakte bevriend met de kunstenaars Simon Maris en Job Graadt van Roggen en sloot zich aan bij

de Sint Lucas, Arti et Amicitiae en de Haagsche Kunstkring. Hij exposeerde met deze verenigingen en bij de tentoonstelling van Levende Meesters (1903) in Amsterdam.

 

In 1903 trouwde Dingemans met de schilderes Henriette Gesina Numans (1877-1955). Ze exposeerden regelmatig samen. Uit hun huwelijk werden onder anderen de architect Frans Dingemans (1905-1961) en schilder Waalko Jans Dingemans jr. (1912-1991) geboren. Het zou een echte schilderfamilie worden. In 1911 verhuisde het gezin naar Gorinchem en waar Dingemans

rijksontvanger en gemeenteraadslid werd. In 1917 werd hij om gezondheidsredenen afgekeurd. Dingemans bleef schilderen, ook vaak vanuit zijn zomerhuisje in Zeeland. (Leuk om te weten: de schoondochter van Dingemans hield een paar jaar geleden open huis in het zomerhuis in

Zeeland). Hij schilderde onder meer genre- en figuurvoorstellingen, landschappen en stads- en dorpsgezichten. In 1923 verhuisde hij met zijn vrouw naar Haarlem. De kunstenaar overleed in 1925, op 52-jarige leeftijd. Hij werd begraven op Westerveld. 

 

Bijzonder is dat Dingemans het Leerdamse poortje één jaar voor zijn overlijden heeft gemaakt, in de periode dat hij dus niet meer in het vlakbij gelegen Gorinchem woonde. Een origineel bevindt zich in het Teylers’ Museum in Haarlem.  De formaten van de ets zijn 24,1 cm. hoog en 16 cm. breed

(beeld en plaat). Het papier is 39 cm. hoog en 27,9 cm. breed.

 

Bronnen: 

https://www.teylersmuseum.nl/nl/collectie/kunst/kg-20097-poortje-te-leerdam

https://rkd.nl/nl/explore/artists/23220

https://hofjevanaerden.nl/738-2

VlaardingscheCourant, 11-12-1915

Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant, 27-09-1918

Provinciale Noordbrabantsche en 's Hertogenbossche courant, 01-10-1918

Algemeen Dagblad, 13-10-1925